
Chilua heeft in deze zaken de Law Association of Zambia (LAZ) betrokken met een klacht over Mutemba Nchito. Deze was officier van justitite bij de speciale “Task force” belast met het onderzoeken van de “plunderingen” in Chiluba’s tweede termijn. Chiluba vraagt LAZ disciplinaire maatregelen te nemen. Nchito heeft na zijn ontslag vanwege het opheffen van de “Task force” de motivering om in beroep te gaan tegen een eerdere vrijspraak van Chiluba en zijn vrienden in de Post gepubliceerd. Dat beroep is indertijd door de procureur generaal (Director of Public Prosecutions, DPP) tegen gehouden. Volgens Chiluba is het gedrag van Bchito onverenigbaar met de beroepsethiek van een jusrist.
In eerste instantie reageerde LAZ vijandig op deze aantijgingen. Stephen Lungu, de voorzitter van LAZ ging zo ver om Nchito te steunen: de procureur generaal had in beroep moeten gaan. Hij vroeg ook na het besluit over de ongeldigheid van het Engelse vonnis om een gesprek met de proucreur generaal. Maar Lungu kwam op zijn woorden terug, Hamaundu was inzake het Londense vonnis wel degelijk binnen het Zambiaanse recht gesproken. Bovenal stelde Lungu dat de procureur generaal onafhankelijk is en alleen aan de grondwet verantwoording schuldig is. Hij weigerde ook in te gaan op de suggestie van de mensenrechtenorganisatie FODEP aan LAZ om zich scherper uit te laten over Chiluba’s verzoek om diens politieke onschendbaarheid te herstellen. Chiluba had zich daarmee tot de LAZ gekeerd, nadat hij niks gehoord had op een verzoek aan het parlement. Lungu reageerde daarop met te zeggen dat de immuniteit door het parlement was opgeheven en dat herstel van die onschendbaarheid ook daar vandaan moet komen
(Lusakatimes 15,16/8/10; Maravi 4/9/10; P 17/9;15,20/10;/10; ZDM 4/9/10; Zambian Chronicle 31/8/10)